Ik heb aan het woord ‘behoefte’ lang een hekel gehad. Om nog niet eens te beginnen over het toegeven dat ik ze heb. De overtuiging, ‘ik heb het niet nodig’ zit diep geworteld. Ik was er zelfs een beetje trots op. Het ging zelfs zover dat ik me bewust werd dat ik innerlijke werk deed om te zorgen dat ik geen behoeftes meer heb. ‘Ik sta erboven, ik kan het aan, ik heb het niet nodig’. Ooit, als ik nog meer innerlijk werk heb gedaan, dan heb ik geen behoeftes meer.

Auw! Wat een mindfuck. En wat liet dit zien hoe ik mezelf hypnotiseerde en bleef geloven in dit verhaal. Ik werd me steeds meer bewust van de strategieën die ik heb om ‘het’ te vullen en niet daadwerkelijk te voelen en te vragen waar ‘het’ voor staat. Welke strategieën ken jij om jouw leegte te vullen in plaats van te onderzoeken waar je behoeften aan hebt? Netflix, dagdromen, heel veel sporten, alcohol, hard werken, heel veel geven, erom heen draaien zijn een paar van deze strategieën.

Maar het liep anders. Door het innerlijke werk kwam ik steeds meer in contact met mijn behoeften. Met wat ik werkelijk nodig heb èn wat ik niet nodig heb. En juist door het luisteren naar mijn behoeften en het waarnemen van mijn grenzen ontdek ik steeds meer wie ik ben.

Maar waar stond ‘het’ eigenlijk voor in ‘ik heb het niet nodig’? Ik ontdekte dat ‘het’ wel eens kon staan voor ‘jou’ en op dat moment kwam ik in contact met pijn, want deze overtuiging heb ik niet voor niets. Ooit moest ik het aankunnen want anders kon de ander het niet aan en om die reden was er geen ruimte voor mijn behoeften. Ik realiseer me dat dit oude pijn is. Dat de ander er nu wel is. En ook als de ander er niet is, ik overleef het.

Nog even over ‘besluiten’. Het lijkt nu iets mentaals. Alsof ik als kleine ukkepuk bewust het besluit genomen heb dat ik het niet nodig heb. Dat is het lastige van negatieve overtuigingen. Alsof het iets heel mentaals is en dat je hier bewust voor gekozen hebt. Dat is het natuurlijk niet. Het is een onbewuste overtuiging, die nu in elke cel en spier opgeslagen zit. Daarom is het niet even via een mentale oefening om te buigen naar een positieve overtuiging.

Hierboven hadden we het over het ontkennen van je behoeften. Na het erkennen van behoeften begint de volgende uitdaging. Benoemen aan de ander wat je nodig hebt. Hier zie je verschillende strategieën. Zoals: indirect vragen, heel veel geven en dan hopen dat je iets terugkrijgt, opeisen. En de vraag is: wat is een gezonde manier? Dat is vragen. Vragen op een manier zodat de ander nog steeds de vrijheid heeft om nee te zeggen.

En hoe ga je om als de ander met zijn of haar behoeften komt? Het kan uitdagend zijn om in de behoefte van de ander niet een verwachting te horen of bij het horen van de behoefte van de ander jezelf niet meteen verantwoordelijk te maken. Marshall Rosenberg zei hierover: “Leave yourself out of the other person’s need. They can live without you”. Dit geeft ruimte om alleen de behoefte van de ander te horen zonder de eis of jezelf de verantwoordelijkheid opleggen als vriend(in), partner, collega of ouder